Waarom zou je het überhaupt met iemand van het andere geslacht doen?
Deze vraag klinkt creationisten vreemd in de oren, maar voor doorgewinterde evolutionisten is het een raadsel dat een weekend omsloten door sneeuw fijn kan opluisteren. In het scheppingsverhaal werden man en vrouw door God geschapen, waarbij impliciet wordt aangenomen dat ze strikt heteroseksueel werden geschapen. Creationisten hebben derhalve weinig om over na te denken. Maar voor ons evolutionisten is het leven aangenamer. Bij iedere eigenschap, geestelijk of fysiek, mogen wij ons brein loslaten op de vraag waarom die eigenschap er is. Dat geldt dus ook voor eigenschappen die we ‘normaal’ vinden. Kortom, heteroseksualiteit vraagt om een verklaring.
Zelfs Bas Haring heeft het er in zijn boekje Kaas en de evolutietheorie moeilijk mee. Althans, hij gaat er vanuit dat heteroseksualiteit zo voor de handliggend is dat het geen verklaring behoeft. Vervolgens gaat hij daarna omstandig aantonen dat homoseksualiteit niet onnatuurlijk is. Maar is heteroseksualiteit wel zo voor de handliggend? Natuurlijk moeten we ons voortplanten. Dus eens zullen vrouwen het zaad van mannen moeten ontvangen. Maar, daaruit volgt geenszins dat exclusieve heteroseksualiteit een goede evolutionaire strategie is.
Een van de meest gemaakte creationistische denkfouten is de vooronderstelling dat eigenschappen dan wel helemaal aan-, dan wel helemaal afwezig zijn. Dat geldt wellicht inderdaad voor het prototypische voorbeeld uit de biologieles, bruine en blauwe ogen, maar voor andere eigenschappen geldt het bijna nooit. Zo ook niet voor homo- en heteroseksualiteit. Darwin, zo weten wij evolutionisten, legde de nadruk op variatie, in plaats van op verschil. De bekken van vinken variëren, juist ook binnen een soort. Pauwenstaarten variëren. De spiermassa van gorilla-silverbacks varieert.
Seksuele voorkeur varieert, juist binnen de mensensoort. Mensen zijn niet óf homo, óf hetero, of wat dan ook. Seksuele voorkeuren variëren. Die variatie maakt evolutie mogelijk. Daarom zijn de seksuele gedragingen van chimpansees, bonobo’s en mensen zo verschillend, tussen de soorten én binnen de soort. Daarom vraagt overdreven heteroseksualiteit om een verklaring.
Laat ik een alternatief geven. Waarom leven vrouwen niet samen in groepen zonder mannen? Op die wijze kunnen ze elkaar ondersteunen en helpen bij het grootbrengen van hun kinderen, zodat deze een grotere kans hebben de gevaarlijke kindertijd te overleven. Daarnaast hebben de vrouwen zo geen last van de soms hoog oplopende agressie van mannen. De sociale banden tussen de vrouwen worden verstevigd door wederzijds vlooien en seks. Eens in de drie tot vijf jaar staat een vrouw een man toe haar te benaderen en bevruchten.
In dit scenario zouden mannen die te hard verlangen naar seks met een vrouw snel uitsterven. Eens in de zoveel tijd gericht energie investeren is meer dan genoeg. De mannen vormen ter bescherming eigen groepen, waarin ze tijdverdrijvende hobby’s zoals jagen, voetbal en filosofie kunnen praktiseren. Uiteraard verstevigen ook zij de sociale banden door vlooien en seks. (Iedereen die de Griekse filosofen kent zal dit scenario herkennen.)
Anders gezegd, homoseksualiteit is zo’n goed mechanisme om sociale banden te versterken en bestendigen dat de prangende vraag is waarom het in onze maatschappij zo nadrukkelijk afwezig is. (Zie bijvoorbeeld The Effiminate Sheep voor een uitwerking van deze gedachte.)
Een bijkomende overweging is de volgende. Stel dat mannen een natuurlijke hit-and-run neiging hebben: ze bevruchten een vrouw om zich vervolgens niet, of zo min mogelijk, met het grootbrengen van de kinderen te bemoeien. Ze moeten immers op jacht naar andere vrouwen. Als dat zo is, dan moeten vrouwen toch de voorkeur geven aan homoseksuele, zorgende mannen? Bij mannen die niet of nauwelijks in andere vrouwen zijn geïnteresseerd, en een zorgdrang voelen voor kinderen, is de kans immers veel kleiner dat ze het nest verlaten. En als vrouwen eenmaal een voorkeur hebben voor overwegend homoseksuele mannen dan slaat seksuele selectie toe, net zoals bij pauwenstaarten, en ontstaan er binnen een paar duizend jaar mannen die pronken met hun homoseksualiteit.* Gay pride.
Waarom zou Moeder Natuur een sterk motiverend mechanisme als seksualiteit alleen gebruiken voor bevruchting? Waarom is het niet talloze keren opnieuw gebruikt, zoals bij bonobo’s? Als seksualiteit sociale banden bestendigt en verstevigt, en als vrouwen logischerwijs een voorkeur hebben voor mannen die van zorgen houden en niet de neiging hebben het nest te verlaten, wat is er dan ooit gebeurd waardoor mensen zo’n sterke voorkeur menen te hebben voor heteroseksualiteit? Hebben ze dat wel? Waren de Grieken wel zulke rare jongens? Is de hele nadruk die creationisme, christendom en zelfs Bas Haring leggen op heteroseksualiteit wel zo natuurlijk?
* Met dank aan Corine Simonis voor dit scenario.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten