Ik kan u verzekeren dat Victor Lamme een vrije wil heeft. Zelf is hij daar klaarblijkelijk minder van overtuigd, getuige de titel van zijn laatste boek: De vrije wil bestaat niet: Over wie er nu echt de baas is in het brein. Iedereen die op de hoogte denkt te zijn van het functioneren van de menselijke geest, moet dit boek lezen. Het bevat een helder geschreven en vermakelijk overzicht van alle bizarre neurologische vondsten en experimenten uit de afgelopen anderhalve eeuw. Daaruit blijkt overduidelijk het failliet van het naïeve idee waarmee we de moderne tijd begonnen, het idee dat lichaam en geest twee onderscheiden substanties zijn. En daarmee is ook het idee verworpen dat de menselijke geest buiten de reguliere natuurwetten staat, en onafhankelijk van die natuurwetten beslissingen zou kunnen nemen.
Overigens ken ik nog maar weinig weldenkende mensen die twijfelen aan het feit dat het functioneren van onze hersenen, ons lijf en de ons omringende wereld onderworpen is aan natuurwetten, net zoals het functioneren van onze geest, ons bewustzijn en onze vrije wil. Lamme licht er in dit verband drie hoofdzaken uit. Ten eerste laat hij zien dat we meer door de wereld buiten ons worden beïnvloed dan we denken. In de meest extreme gevallen leidt dat tot environmental dependency (omgevingsafhankelijkheid), een toestand waarin het handelen uitsluitend door de directe omgeving wordt bepaald. Een man die automatisch alle brillen die hij ziet liggen oppakt en opzet. En die alle kammen in zijn blikveld door zijn haar haalt. Gelukkig kunnen de meesten van ons dergelijke neigingen onderdrukken, zodat we niet voortdurend met vreemde leesbrillen op onze neus zitten. Maar stiekem lijden wij toch allemaal aan een mildere vorm van deze omgevingsafhankelijkheid. Zonder dat we het opmerken bepaalt de ons omringende omgeving ons handelen. Hebben we werkelijk zin in een broodje kaas, of is het een gevolg van het soapsterretje op televisie dat met de kaasschaaf in haar hand vertelde dat haar beste vriendin het met haar man had gedaan?
Uiteraard verhaalt Lamme daarnaast van de experimenten van Benjamin Libet. Daaruit blijkt dat ons bewustzijn nogal achter de beslissende hersenactiviteit aan hobbelt. De “bewuste” keuzes die iemand gaat maken zijn in sommige gevallen meer dan zes seconden voordat het tot de proefpersoon doordringt, af te lezen aan zijn hersenactiviteit. “Daden volgen niet onze gedachten. Het is precies andersom,” schrijft Lamme. En hij heeft gelijk.
Tenslotte legt Lamme uit dat we slechts minimaal inzicht hebben in de oorzaken van ons gedrag. In de hersenen bevindt zich een babbelbox die mooie verhalen ophoest telkens wanneer we om een rechtvaardiging voor een handeling verlegen zitten. De kwaliteit van die verhalen is vooral dat ze sociaal acceptabel zijn, maar niet dat ze inzicht geven in de daadwerkelijke oorzaken.
Kortom, de vrije wil is een illusie. Een mooie illusie, misschien zelfs een nuttige illusie, maar een illusie. Aldus Lamme.
Stel, ten overstaan van een publiek discussieer ik met iemand over de vraag of het verantwoord is om een vliegvakantie te boeken. Op zo’n moment wil ik dat de argumenten uit mijn mond rollen, zonder dat ik iedere keer bewust over mijn woorden hoef na te denken. Ik wil ook dat mijn argumenten precies zijn afgestemd op dat wat mijn tegenstander zegt. En ik wil dat mijn argumenten een goede rechtvaardiging vormen voor mijn standpunt: als je wat aan het milieu wilt doen, ga dan nooit meer op vliegvakantie. Kortom, ik wil een hoge mate van omgevingsafhankelijkheid, een goed functionerende babbelbox en een brein dat minstens zes seconden voorloopt op mijn bewustzijn en mijn mond. Maar wil dit nu zeggen dat ik dan afstand doe van mijn vrije wil?
De denkfout van Victor Lamme is dat hij teveel waarde toekent aan het bewustzijn. Laat ik even heel duidelijk zijn. Ik ben het met Lamme eens dat onze geest volledig aan natuurwetten onderworpen is, en ik ben het met hem eens dat ons bewustzijn achter ons handelen aan hobbelt. Maar om daaruit te concluderen dat de wil niet vrij is, moet je de wil als een aspect van het bewustzijn zien. Het idee dat het bewustzijn en het ik (of het zelf) samenvallen is een restje naïef Cartesianisme waar Lamme prima zonder kan. Ik denk dat Lamme overtuigend heeft aangetoond dat als we de wil in het bewustzijn plaatsen, dat we dan geen vrije wil hebben. Maar hoe zit het met het alternatief? Wat als we de vrije wil gewoon opvatten als de mogelijkheid van een organisme om dat te toen wat goed voor hem is?
De wil is niets anders dan de kunst van een organisme om daar waar het profijtelijk is de buitenwereld uit te buiten en daar waar het nodig is de buitenwereld buiten te sluiten. In de loop van ons mensenleven leren de meesten van ons hierin een balans te vinden die werkt, die leidt tot een leven dat voldoening schenkt. Soms zijn we ons van het zoeken naar die balans bewust, soms maken anderen ons op onze onbalans attent, vaak ontgaat ons het hele proces. En, naarmate we er beter in slagen die balans te vinden, wordt onze wil vrijer. Bewustzijn is een prettig aspect van die balans, maar zeker niet het belangrijkste aspect. De vrije wil bestaat wel, maar moet, net als het zelf, zeker niet exclusief in dat bewustzijn worden gezocht.
Als Victor Lamme zich dus wat minder had laten meeslepen door het Cartesianisme van onze tijd, en de vrije wil niet klakkeloos in het bewustzijn geplaatst, dan had hij nog inventiever en intelligenter tegen hersenen en gedrag aangekeken. Maar ja, mag ik hem dat teveel aan omgevingsafhankelijkheid verwijten?
Lees ook:
1 opmerking:
Ik zit me af te vragen of ik dit boek moet gaan lezen maar denk nu van niet. Volgens mij heeft Dennett hier voldoende over gezegd (Free Will Evolves, Consciousness Explained) en is er weinig reden om te denken dat Lamme echt iets nieuws te melden heeft. In tegendeel, als je zegt dat hij nog cartesiaanse problemen heeft zet ik er een hoop vraagtekens bij. Wonderlijk dan wel dat hij zo veel geld krijgt. Maar ja misschien is hij echt een briljant onderzoeker.
Een reactie posten